honk- en softbal vereniging UVV
sinds 2009

Oprichting
In 1948 werd de afdeling honkbal opgericht als onderdeel van de Utrechtse voetbalvereniging U.V.V.
De oprichting gaf bestuurlijk de nodige problemen.
Kees Hiele, een honkballer van het eerste uur, schreef in het jubileumnummer 1948-1988 het volgende.
“UVV moest aanvankelijk niets van honkbal weten. Er werd ’s zomers aan cricket gedaan. Dat vonden ze veel deftiger.,’ Jan Kars heeft het nog een poosje gespeeld.[….].We hebben UVV gewoon het mes op de keel gezet. We hebben ze gedwongen een honkbal-afdeling op te richten. Willem Bakker was een groot voetbaltalent bij de junioren en die dreigde overschrijving naar DOS te zullen aanvragen als hij bij UVV niet kon voetballen én honkballen. Ik had dit al gedaan. Toen ook Willem zich ging roeren, kregen ze het bij UVV Spaans benauwd. Secretaris Schoppenhauwer is zich in het allereerste begin namens voetbal met ons gaan bemoeien. En ik herinner me ook Kievit en Ferwerda als bestuurlijke pioniers. We kregen acht oude handschoenen uit een legerdump en we konden aan de slag. In korte broek en voetbalshirt. We trainden op een paar grassprieten van DOS. We kregen er een kwart voetbalveld
voor “.

Over de hierboven genoemde Kees Hiele schreef journalist Johan Carbo:
Het eerste echte honkbalveld 
Hij sjouwde in 1959 met honderden zware kruiwagens en hielp met eigen handen bij de aanleg van één van de eerste Nederlandse honkbalvelden met gravel, backstop en dug-outs. Hij stak met Ruben Leysner, Ricky Kersout en Gerald de Vries rond 1960 de eerste donkere Arubanen in een hagelwit pak met rode bies van UVV. Niet alleen het spelniveau kreeg er een stroomstoot van, maar ook het vrouwelijk schoon op de zelf gemetselde tribune van B2-blokken. Ze kwamen van Bredero waar Hiele op dat moment arbeidsanalist was, ofwel urenteller. Hij wist blindelings de weg op vliegbasis Soesterberg en sleepte daarvandaan een compleet leger aan Amerikaanse honkballende gastarbeiders  naar UVV. Er zaten heel wat sportschoolnegers tussen. Een noviteit voor het Nederlandse honkbal van toen. Een trendsetter, die Hiele. En onvermoeibaar. Door roeien en ruiten. Hij veramerikaniseerde tussen alle yankees van UVV met kauwgum, afgetrapte gympies, Coca Cola, half versleten T-shirts en honkbalpetjes die bovenal uitstekend in model dienden te zitten. Hiele stapte ’s morgens vroeg in zijn honkbalpak, en dook er ook meermaals  ’s avonds zó zijn bed weer mee in. Hij hield een vriendelijke kettingrokende Canadese oorlogsheld uit Zeist de hand boven het hoofd als die als coach geen orde kon houden. De allereerste honkbalinternational uit Utrecht was in de vroege jaren ’60 de bedenker en draagmuur van het roemruchte straat- en wijkhonkbal. Met door allerhande middenstanders gesponsorde jeugdige buurtteams, die voor hun competities over zo’n beetje alle Utrechtse parken en plantsoenen mochten beschikken. Kees Hiele bracht het honkbal letterlijk tot in de voortuintjes van het Utrecht uit de jaren ‘60. Het publiek hing over de balkonnetjes, om zich luidkeels met het spel te bemoeien. “

meer over de vroege jaren van honk- en softbal:

meer over honk – softbal